Apostelen in het Nieuwe Testament

Het is interessant om te zien hoe vaak het woord apostel voorkomt in het Nieuwe Testament. We aarzelen niet om het woord evangelist te gebruiken en dit woord komt maar drie keer voor in het Nieuwe Testament, terwijl er 28 mensen worden genoemd met de bediening van een apostel.

Ook realiseren christenen zich niet altijd dat sommige bekende gedeelten uit de Bijbel het woord apostel bevatten. Zo zei Jezus:

Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Een dienaar is niet meer dan zijn heer, en een gezant (apostolos) niet meer dan hij die hem gezonden heeft. (Johannes 13:16)

Soms wordt apostolos vertaald als ‘boodschapper’, maar de betekenis komt dichter bij het woord zendeling of missionaris. In Johannes 20:21 zegt Jezus tegen Zijn discipelen: Vrede zij u! Zoals de Vader Mij gezonden heeft [apostello], zend Ik ook u. Dit Bijbelgedeelte onderstreept de grondbetekenis van apostel: ‘iemand die is uitgezonden’.

En Hij riep Zijn twaalf discipelen bij Zich en gaf hun macht over de onreine geesten om die uit te drijven, en om iedere ziekte en elke kwaal te genezen. De namen nu van de twaalf apostelen [apostolos] zijn deze… Deze twaalf zond Jezus uit... (Mattheüs 10:1-2, 5)

Merk op dat ze eerder nog leerlingen genoemd werden, maar nadat ze waren uitgezonden, worden ze apostelen genoemd.

In het Nieuwe Testament vinden we naast de eerste discipelen die door Jezus werden uitgezonden, ook nog andere apostelen. Die werden pas aangesteld na Jezus’ Hemelvaart, als een gave van de Heer. In Efeze 4:8 citeert Paulus Psalm 68:19:

En Hij heeft sommigen gegeven als apostelen, anderen als profeten, weer anderen als evangelisten en nog weer anderen als herders en leraars.

Het gaat hier om mensen die werden aangesteld ná de Hemelvaart. Zo lezen we over Andronikus en Junias (Romeinen 16:7) als apostelen, maar Paulus rekent ook Jakobus en Judas, de ‘broers van de Heer’, dus Jezus’ eigen broers van Zijn aardse familie, tot de apostelen (1 Korinthe 9:5, zie ook Galaten 1: 18-19). Beiden schreven een brief die is opgenomen in het Nieuwe Testament. Het is opvallend dat geen van de biologische broers van Jezus na de opstanding ooit aanspraak maakten op die familieband (zie 2 Korinthe 5:16). Zo schrijft Judas: Judas, een dienstknecht van Jezus Christus en broer van Jakobus. (Judas 1) Hij stelt zich wel voor als broer van Jakobus, maar hij noemt hij zich een dienstknecht van Jezus Christus. Jakobus begint zijn eigen brief met de woorden: Jakobus, een dienstknecht van God en van de Heere Jezus Christus. (Jakobus 1:1)

De lichamelijke familierelaties waren dus niet belangrijk en gaven na de opstanding en Hemelvaart van Jezus nergens aanspraak op. Wat een les ligt hierin, dat het enige wat telt onze huidige relatie met Jezus Christus is.

Gebed van de dag

Heer Jezus, wat vervult het mij toch met verbazing en ontzag, dat ik in Uw naam een ‘gezondene mag zijn van U, de God die de hemel en de aarde geschapen heeft! U houdt alles in Uw hand, Heer, en ik mag in deze belangrijke en woelige tijd Uw gezondene zijn, voor alle mensen om mij heen, die ten diepste op zoek zijn naar U die het antwoord bent! Help mij hierin, Heer! Amen.

Derek Prince op YouTube

In de jaren van zijn leven, zijn er honderden video's van de preken van Derek Prince gemaakt, onder andere over de essentie van zonde. Op het YouTubekanaal van DPM Nederland vind je deze videopreken van Derek Prince met ondertiteling. Als DPM Nederland werken we iedere dag aan het vertalen en publiceren van video's van Derek Prince. Abonneer je gratis op ons YouTubekanaal en blijf op de hoogte!

Onderwijsbrieven Derek Prince

Vijf keer per jaar versturen we gratis onderwijsbrieven uit het onderwijs van Derek Prince. In het menu vind je bij Onderwijs > Studies de digitale versie van vele van deze brieven en artikelen. Mocht je de onderwijsbrieven willen ontvangen, schrijf je dan in per post of per e-mail.