Shop Doneer

De lamp op de kandelaar

Leestijd: 2 min.
De Pijlers - dag 226


Aan ieder echter wordt de openbaring van de Geest gegeven tot wat nuttig is voor de ander.(1 Korinthiërs 12:7)

De lamp op de kandelaar

God nu heeft sommigen in de gemeente een plaats gegeven: ten eerste apostelen, ten tweede profeten, ten derde leraars, vervolgens krachten, daarna genadegaven van genezingen, vormen van hulpverlening, bestuurlijke gaven, allerlei talen. (1 Korinthiërs 12:28)
Paulus spreekt hier over verschillende bedieningen en bovennatuurlijke gaven van de Heilige Geest en zegt daarover dat ze door God zijn gegeven ‘in de gemeente’. Dat wil zeggen dat ze niet slechts bedoeld zijn voor privégebruik door de individuele gelovigen, maar voor openlijke werking in de gemeente - de samenkomst van Gods volk als geheel.
Deze zelfde waarheid wordt op heldere wijze geïllustreerd in een korte gelijkenis, die Jezus vertelt in Mattheüs 5:15: En ook steekt men geen lamp aan en zet die onder de korenmaat, maar op de standaard, en hij schijnt voor allen die in het huis zijn.
De twee belangrijkste symbolen die in deze gelijkenis worden gebruikt, zijn de lamp en de standaard. Het symbool van de standaard kan verduidelijkt worden door verwijzing naar Openbaring 1:20: ...de zeven kandelaren die u hebt gezien, zijn de zeven gemeenten.
Door de hele Bijbel heen wordt een kandelaar gebruikt als een symbool van een gemeente of samenkomst. Het symbool van de brandende lamp kan verduidelijkt worden door verwijzing naar Spreuken 20:27: De geest van een mens is een lamp van de Heere...
De brandende lamp is dus een symbool van de geest van de Geest-vervulde gelovige; die lamp is gemaakt om te branden en te schijnen door het vuur van de inwonende Geest.
Net zoals de lamp bedoeld is om de plaats op de standaard in te nemen, zo is de Geest-vervulde gelovige aangesteld om zijn plaats in te nemen in de openbare samenkomst van de Gemeente. Een gelovige die gedoopt is in de Heilige Geest, maar nooit van enige geestelijke gave blijk geeft in de dienst van de Gemeente, is als een lamp onder een korenmaat. Hij mist het doel waarvoor God hem de gave geschonken heeft.
We zien dus uit deze Schriftgedeelten dat de bovennatuurlijke gaven van de Heilige Geest niet alleen bedoeld zijn voor privégebruik of het genoegen van de individuele gelovige. Integendeel, ze zijn bedoeld om een effectieve rol te spelen in het openbare leven en de aanbidding van de gemeente als geheel.
Als de tegenwoordigheid en kracht van de Heilige Geest op deze manier tot uitdrukking komen door de verschillende gelovigen, ondergaat het hele leven en de aanbidding van de gemeente een volkomen verandering. De hoofdverantwoordelijkheid voor de bediening en de leiding van de dienst wordt niet langer door één of twee personen gedragen terwijl de rest passief blijft. Nee, ieder lid van de gemeenschap begint actief deel te nemen aan de dienst, en de verschillende leden dienen elkaar, in plaats van dat één of twee de hele tijd dienstbaar zijn voor de hele rest.
Heer, dank U wel voor het model dat ik tot nu toe in deze overdenkingen heb gezien; dat we werkelijk een gemeenschap worden als alle individuele leden naar specifieke gave en roeping hun steen bijdragen aan de diensten en alle verdere activiteiten die de gemeente onderneemt. Helpt U on hierin te groeien, Heer. Amen.