Sommige mensen - en soms hele kerkgemeenschappen of denominaties - denken dat het bijzonder godvruchtig of heilig is, als ze toch maar vooral blijven benadrukken dat ze stinkende zondaars zijn. In hun gedachten is het aanmatigend of hoogmoedig om te zeggen dat we rechtvaardig zijn. Daarentegen vindt men het juist vroom om maar te blijven praten over onze fouten en gebreken, onze onvolmaaktheid en de vele verkeerde dingen die we hebben gedaan en doen. In de kerk waarin ik ben opgevoed, moesten we iedere zondagmorgen hardop belijden: ,,Vergeef ons ellendige zondaars." Altijd leefde ergens diep bij mij het gevoel dat ik helemaal geen ellendige zondaar wilde zijn, maar als ik dan keek naar alle andere overtreders en zondaars, werd me toch wel duidelijk dat we er met zijn allen echt ellendig aan toe waren.Uiteindelijk zei ik tegen mezelf: 'Als godsdienst er alleen maar voor kan zorgen dat ik me ellendig voel, kan ik maar beter een zondaar zijn zonder godsdienst, en me op die manier zeker de helft minder ellendig voelen.' De taal van religie zegt voortdurend: ,,We zijn ellendige zondaars; we hebben verkeerd gedaan en zijn als verloren schapen van Gods wegen afgeweken; we hebben dingen gedaan die we niet hadden mogen doen en we hebben de dingen niet gedaan die we wel hadden moeten doen." Nu zit hier best waarheid in, maar de boodschap is niet compleet. Vandaag zou ik die woorden niet meer dagelijks of wekelijks kunnen uitspreken; dat zou hypocriet zijn. Hoe zou ik op maandag kunnen bidden voor overwinning over de zonde, in de wetenschap dat ik de volgende zondag weer uitspreek dat ik heb gezondigd en ben afgedwaald, en dat ik allerlei dingen heb gedaan die niet mochten en dingen heb nagelaten die ik wel moest doen? Het zou de basis van mijn geloof volkomen ondermijnen. En toch klinkt het zo goed, zo vroom. Laten we onze belijdenis afstemmen op Gods Woord en werkelijk geloven: door het bloed van Jezus ben ik vrijgesproken, rechtvaardig gemaakt, alsof ik nooit gezondigd heb. |