In de eerdere stukjes leerden we dat we van gedachten moeten veranderen, ons moeten 'bekeren', als we het met God eens willen zijn. Nu zullen we een aantal specifieke gebieden van ons denken waarin we moeten veranderen, onder de loep nemen. We gaan dat enorme, alomvattende woord 'onze gedachten' nader specificeren.Hoe kunnen we onze gedachten rangschikken? Welke soorten 'gedachten' kunnen we leren uit Gods Woord? Ik wil vier verschillende soorten 'gedachten' of 'wegen' onderscheiden, die we uit Gods Woord kunnen leren. Dit is overigens niet bedoeld als een complete classificatie van alle soorten Bijbelse gedachten, maar gewoon een eenvoudige, basale indeling die ons op weg helpt om onze gedachten in lijn te brengen met die van God. Ik onderscheid vier belangrijke gebieden, waarin onze gedachten in lijn moeten komen met die van God: 1. Onze doelen; 2. Onze prioriteiten; 3. Onze houdingen; 4. Onze indeling van zaken. In al deze vier gebieden moeten we leren om denken op Gods manier. Met andere woorden, we moeten leren Gods doelen te gaan zien en daarin gaan leven. We moeten leren denken volgens Gods prioriteiten. We moeten ons Gods houdingen eigen gaan maken en daarin groeien. En tenslotte moeten we leren om de dingen te rangschikken en te waarderen naar Gods categorieën. Welbeschouwd praten we hier over een revolutie in ons denken! Dat is het resultaat van waarachtige bekering. We zullen beginnen bij de doelen. Gods eerste en belangrijkste doel is de verheerlijking en glorie van zijn naam. Heb je daar wel eens bij stilgestaan? Wat is het uiteindelijke doel van alles in het universum? Gods eer en heerlijkheid. Iemand zei ooit: 'Wie niet leeft voor Gods glorie, heeft eigenlijk geen bestaansrecht.' Ik geloof dat dit waar is, omdat Hij de Schepper is van alle dingen. Een eerste schriftgedeelte dat dit bevestigd, is Romeinen 11:33-36: O diepte van rijkdom, van wijsheid en van kennis Gods, hoe ondoorgrondelijk zijn Zijn beschikkingen en hoe onnaspeurlijk Zijn wegen! Want: wie heeft de zin des Heren gekend? Of wie is Hem tot raadsman geweest? Of wie heeft Hem eerst iets gegeven, waarvoor Hij vergoeding ontvangen moet? Want uit Hem en door Hem en tot Hem zijn alle dingen: Hem zij de heerlijkheid tot in eeuwigheid! Amen. (NBG) |