Shop Doneer

Een stad in gereedheid gebracht

Leestijd: 1 min.
Weekthema:
Ik zal buiten de legerplaats naar Hem uitgaan
In het elfde hoofdstuk van Hebreeën brengt de schrijver een soort eerbetoon aan vele trouwe heiligen uit het Oude Testament. Na die opsomming schrijft hij:
Deze allen zijn in het geloof gestorven. Zij hebben de beloften niet verkregen, maar hebben die vanuit de verte gezien en geloofd en omhelsd, en zij hebben beleden dat zij vreemdelingen en bijwoners op de aarde waren. Want wie zulke dingen zeggen, laten duidelijk blijken dat zij een vaderland zoeken. En als zij aan het vaderland gedacht hadden vanwaaruit zij weggegaan waren, zouden zij gelegenheid gehad hebben om terug te keren. Maar nu verlangen zij naar een beter, dat is naar een hemels vaderland. Daarom schaamt God Zich niet voor hen om hun God genoemd te worden. Want Hij had voor hen een stad gereedgemaakt. (11:13-16)
Deze voorlopers in het geloof - Adam, Abraham, Mozes, en velen anderen waren mannen en vrouwen die op zoveel manieren een voorbeeld voor ons zijn. Zij beleden dat ze vreemdelingen en pelgrims waren op aarde. Ze hoorden er niet werkelijk thuis, maar waren op zoek naar een eigen vaderland.
In onze wereld vandaag zijn talloze vluchtelingen die het leed ervaren dat ze geen vaste woonplaats hebben voor zichzelf. Ook de mensen uit Hebreeën 11 waren op zoek naar een eigen plaats, maar niet in deze wereld. Als ze wilden, hadden ze terug kunnen gaan naar de plaats waar ze vandaan kwamen. Abraham had bijvoorbeeld kunnen terugkeren naar Ur der Chaldeeën. Maar hij had zijn denken op de toekomst gericht; hij keek niet om. Ze verlangden naar een beter land - een hemels vaderland. Vervolgens lezen we de ontroerende zin: Daarom schaamt God zich niet voor hen om hun God genoemd te worden. Als we onszelf met God identificeren - in zijn voorbereiding om een stad voor ons gereed te maken - dan is Hij trots om onze God te zijn. Hij heeft een stad gereedgemaakt voor hen, en ook voor jou en mij!

Dank U Heer dat U mij roept om deze wereld achter me te laten. Ik proclameer dat ik een vreemdeling en pelgrim ben op deze aarde, op zoek naar de stad die God voor mij heeft voorbereid. Ik zal buiten het legerkamp naar Hem uitgaan. Amen.