De roep om te bidden voor Jeruzalem gaat uit naar iedereen die de Bijbel aanvaardt als Gods gezaghebbende Woord. Hij verwacht van al zijn kinderen, uit elk land en van iedere achtergrond, dat zij bewogen zijn over de vrede van die ene stad: Jeruzalem. Daar is een praktische reden voor. Gods einddoel met dit tijdperk vindt haar climax in de vestiging van zijn koninkrijk. Iedere keer dat we de woorden bidden: Uw koninkrijk kome, verbinden we onszelf met dat doel (zie bijvoorbeeld Matteüs 6:10). We moeten echter onthouden dat het gebed verder gaat met: Uw wil geschiede zowel op aarde als in de hemel (Matteüs 6:10). Het is op aarde dat Gods koninkrijk gevestigd zal worden. Zijn koninkrijk is nog onzichtbaar met menselijke ogen, maar het is niet vaag of een soort atmosfeer. Het zal uiteindelijk een tastbaar, aards koninkrijk zijn. De hoofdstad en het centrum van Gods koninkrijk op aarde zal de stad Jeruzalem zijn. De uitvoering van Gods rechtvaardige regering zal uitgaan van Jeruzalem tot het einde van de aarde. Als reactie daarop zullen de gaven en de aanbidding van deze volken terugstromen naar Jeruzalem. De vrede en de voorspoed van alle naties hangt dus af van de vrede en voorspoed van Jeruzalem. Totdat Jeruzalem haar vrede binnengaat, kan geen enkel land op aarde ware, voortdurende vrede ervaren. Aan ieder die Gods oproep om Jeruzalem lief te hebben hoort, geeft God een bijzondere, kostbare belofte. Het zal hen goed gaan (Psalm 122:6). Het woord 'goed' stijgt ver uit boven het materiële. Het beschrijft een diep, innerlijk welzijn; een vrijheid van zorgen en angst. Als we onszelf verbinden met Gods plan door te bidden voor Jeruzalem, ervaren we een voorsmaak van zijn vrede. Een gevoel van innerlijke rust en vrede is voor hen die te midden van alle onrust op de wereld, zichzelf actief verbinden met Gods plan om zijn volk te herstellen. |