Tijdens dit volgende thema zullen we kijken naar verschillende aspecten van veiligheid en zekerheid: veiligheid in moeilijke tijden, financiële zekerheid, emotionele veiligheid, enzovoort. Ook zullen we de verschillende manieren bestuderen waarop God voorziet in deze soorten van veiligheid. Verder kijken we naar de Bijbelse voorwaarden of stappen die we moeten ondernemen om in deze gebieden van ons leven veiligheid te gaan ervaren. Laten we beginnen met veiligheid in moeilijke tijden, zoals in perioden van oorlog, honger, onderdrukking, enzovoort. Ik wil benadrukken dat ik hier niet alleen spreek uit Bijbelse theorie, maar ook uit persoonlijke ervaring. In Psalm 91 vinden we de belofte van absolute veiligheid in dit soort omstandigheden. De eerste tien verzen van deze bekende psalm noem ik wel eens 'Gods schuilkelder'. Wie in de beschutting van de Allerhoogste woont en overnacht in de schaduw van de Ontzagwekkende, zegt tegen de HEER: 'Mijn toevlucht, mijn vesting, mijn God, op U vertrouw ik.' Hij bevrijdt je uit het net van de vogelvanger en redt je van de dodelijke pest, Hij zal je beschermen met zijn vleugels, onder zijn wieken vind je een toevlucht, zijn trouw is een veilig schild. De verschrikking van de nacht hoef je niet te vrezen, ook de pijl niet die overdag op je afvliegt, noch de pest die rondwaart in het donker, noch de plaag die toeslaat midden op de dag. Al vallen er duizend aan je linkerzijde en tienduizend aan je rechterhand, jou zal niets overkomen. Open je ogen en zie hoe wie kwaad doen, worden gestraft. U bent mijn toevlucht, HEER. Als je mag wonen bij de Allerhoogste, zal het kwaad je niet bereiken, geen plaag je tent ooit treffen. In de eerste jaren na het ontstaan van de staat Israël, in 1948, woonde ik in het Joodse deel van Jeruzalem, samen met mijn vrouw Lydia en ons geadopteerde gezin van acht meisjes: zes Joodse, één Arabische en één Engelse. In die tijd maakten we veel van de dingen letterlijk mee die in Psalm 91 beschreven staan. We hadden tekort aan voedsel en aan water, maar toch voorzag God ons op bovennatuurlijke manier voortdurend van voldoende water en voedsel. Ook was er voortdurend gevaar. Er waren scherpschutters in de straten. Toen de oorlog uitbrak in Jeruzalem, lag ons huis minder dan 250 meter van de frontlinie af en zes weken lang woonden we in de wasruimte, in de kelder. Ik herinner me een situatie dat een afgeweken kogel een kamer binnen vloog en rakelings langs het been van mijn vrouw vloog, zonder haar te raken. Vlak voor we uiteindelijk ons huis ontvluchtten, vonden we tussen alle glasscherven ongeveer 150 kogelhulzen op de vloer van ons huis, maar zelf werden we geen enkele keer geraakt! In deze psalm zien we echter ook dat er voorwaarden zijn om de volkomen veiligheid bij God te ervaren. Vers 1 zegt: 'Wie in de beschutting van de Allerhoogste woont...' In de King James vertaling is het woord 'beschutting' vertaald met 'geheime plaats'. Ik geloof dat dit een uitstekende vertaling is, want de grondbetekenis van het Hebreeuwse woord dat hier is gebruikt, betekent 'een geheim'. Dus ik zal het vanaf nu hebben over 'de geheime plaats'. De psalmist heeft het over wónen in deze geheime plaats. Dit gaat dus eigenlijk over een voortdurende positie, een voortdurende verblijfplaats in God. Het gaat niet over iemand die alleen in crisistijd deze geheime plaats binnenvlucht. Nee, zijn permanente woning is in de geheime plaats bij de Allerhoogste. Alles wat verder volgt in deze psalm, is alleen mogelijk als we wonen in deze geheime plaats, anders wordt ons geen veiligheid gegarandeerd. Maar anderzijds, als we daarvoor kiezen, dan hebben we zelfs in de donkere, nachtelijke uren een plaats van volkomen bescherming. |