Vanwege het Paasweekend zullen bestellingen op 2 april pas verzonden worden.

sluit
Shop Doneer

Het doel van heiliging

Leestijd: 2 min.
Weekthema:
Praktische stappen naar heiligheid
Gisteren zagen we het 'model' van heiliging: De heiliging van Jezus was niet volkomen totdat Hij had gereageerd op de wil van de Vader en had gezegd: 'Ik heilig mezelf. Vader, U heeft mij apart gezet en nu zet ik mezelf apart voor de opdracht die U aan mij heeft geopenbaard.' Op dezelfde manier is jouw en mijn heiliging, als discipelen van Jezus, niet volkomen totdat wij op onze beurt zeggen: 'Jezus, U heeft me gekozen, U heeft me geheiligd, en nu heilig ik mezelf voor U en voor de taak die U voor mij heeft om te doen.'
Het is heel belangrijk dat we dit model van heiliging begrijpen in de context van Gods ultieme doel met heiliging. We zien duidelijk dat in het vervullen van de opdracht, de discipel volbrengt wat Jezus volbracht voor de Vader. Wat deed Jezus voor de Vader? Hij openbaarde en verheerlijkte Hem.
Dit principe is ook direct van toepassing op jou en mij als discipelen. Als jij je opdracht ontdekt, dan zet je jezelf apart, allereerst voor Jezus en ten tweede voor de taak. Dan, als je de wil van Jezus doet en de taak vervult, breng je deze twee resultaten tot stand: je openbaart en verheerlijkt Jezus. Wat is dus het einddoel van onze heiliging? Dat Jezus wordt geopenbaard en verheerlijkt.
Heel vaak heeft God in feite gezegd tegen Zijn volk onder het oude verbond: 'De heidenvolken zullen weten dat Ik God ben, als Ik in u voor hun ogen geheiligd word' (zie bijvoorbeeld Ezechiël 36:23).
Het doel van heiliging is niet om ons anders te maken dan andere mensen. Het is niet om ons 'heiliger' te maken. Het is ook niet om te leven naar een hele serie negatieve regels ('Je mag niet...' 'Gij zult niet...'). Het doel van heiliging is dat we Jezus Christus openbaren en verheerlijken, Degene die heiligt. Maar dat resultaat vraagt om een reactie van degene die geheiligd wordt, net zoals Jezus moest reageren op de Vader, die Hem heiligde.
Laten we nu nog eens kijken naar Hebreeën 2:11. Ik vertrouw erop dat het je nu veel duidelijker geworden is dan de eerste keer dat we deze tekst bespraken.
Immers, zowel Hij Die heiligt (Jezus) als zij die geheiligd worden (Zijn discipelen of volgelingen), zijn allen uit één (de Vader). Daarom schaamt Hij Zich er niet voor hen broeders te noemen.
Natuurlijk schaamt Jezus zich er niet voor om ons, die Hij heiligt, Zijn broeders en zusters te noemen, want in het vervullen van Zijn wil in heiliging, laten we Zijn aard en karakter zien! We krijgen dezelfde familietrekken. We worden net als Hij, niet alleen in theorie, niet alleen door leerstelling, maar in karakter en aard. We hebben bewezen kinderen van God te zijn, door de natuur van de Vader en Zijn familie te laten zien.

Heer Jezus, wat is het een voorrecht dat U mij Uw broer, Uw zus noemt! Ik wil niet naar heiligheid streven omdat ik daar zelf beter van wordt, maar omdat ik U ermee openbaar en verheerlijk! Voor dat doel wil ik leven, en daarom wil ik leven in gehoorzaamheid aan Uw wil! Amen.