Shop Doneer

Het feestmaal van God

Leestijd: 1 min.
Woord uit het Woord - dag 28

David begint Psalm 23 met de belijdenis dat de Heer zijn Herder is. Daarna, in vers 5, zegt hij tegen de Heer:
U maakt voor mij de tafel gereed voor de ogen van mijn tegenstanders; U zalft mijn hoofd met olie, mijn beker vloeit over.
Merk op dat alles wat de Heer voor ons doe (en voor David doet en voor iedereen die Hem als Herder heeft) plaatsvindt voor de ogen van onze tegenstanders… Het is belangrijk om te beseffen dat de aanwezigheid van onze vijanden voor God geen belemmering is om ons te zegenen, voor ons te zorgen, en alles voor ons te doen wat Hij heeft beloofd.
Als we worden geconfronteerd met tegenstand, gevaar, problemen en druk, is onze houding vaak: als ik maar niet zoveel gevaar, tegenstand en druk zou ervaren, dan kon ik gemakkelijker geloven dat God me kan helpen en dat Hij me kan zegenen. Maar ik wil graag dat je begrijpt dat het voor God een vreugde is om ons te zegenen temidden van druk en moeite. Het is ‘voor de ogen van onze tegenstanders’ dat God voor ons Zijn feestmaal gereed maakt.
Hij zegt tegen de vijanden: “Dit heb Ik bereid voor Mijn kinderen. Jullie kunnen er niet aan komen, jullie kunnen hen geen kwaad doen en jullie kunnen het niet van hen afpakken”.
Hij maakt de tafel voor ons gereed, Hij zalft ons hoofd met olie, de olie van de blijdschap in de Heilige Geest, en onze beker vloeit over.
Dus, in plaats van armer te worden door de druk van onze vijanden, ervaren we steeds meer overvloed midden in de druk, omdat de Heer met ons is. Hij is onze Herder.

Hemelse Vader, wat een geweldige rijkdom is het, dat wat voor druk, moeite, ziekte of problemen ik ook ervaar, U zalft mijn hoofd met olie die mijna denken verlicht door de kracht van Uw heerlijke Heilige Geest. Dank U wel, lieve Vader! Ik geef mijzelf vandaag opnieuw aan U over! Amen.