Het volgende aanvalswapen is nog directer en specifieker gerelateerd aan de Bijbel, namelijk de prediking of verkondiging van Gods Woord. Dit heeft niets te maken met prediking van andere dingen, zoals filosofische onderwerpen, politieke ideologieën, of zelfs verheven theologie.
We beginnen ons onderzoek naar de Bijbelse prediking van Gods Woord als wapen, met een ernstige opdracht die Paulus geeft aan Timotheüs. We lezen in 2 Timotheüs 4:1-4:
Ik bezweer u, ten overstaan van God en de Heere Jezus Christus, Die levenden en doden zal oordelen bij Zijn verschijning en in Zijn Koninkrijk: predik het Woord. Volhard daarin, gelegen of ongelegen. Weerleg, bestraf, vermaan, en dat met alle geduld en onderricht. Want er zal een tijd komen dat zij de gezonde leer niet zullen verdragen, maar dat zij zullen zoeken wat het gehoor streelt, en voor zichzelf leraars zullen verzamelen overeenkomstig hun eigen begeerten. Ze zullen hun gehoor van de waarheid afkeren en zich keren tot verzinsels.
Uit deze indringende tekst wil ik enkele belangrijke dingen halen.
Ten eerste, de ernst van onze opdracht. Die wordt gegeven met God en Christus Jezus als getuigen, waarna Hij Christus voorstelt als de rechter die de levenden en de doden zal oordelen, in het licht van Zijn komst en Zijn komende koninkrijk. Het is een van de meest ernstige opdrachten, die ooit aan een dienstknecht van God gegeven zijn.
Ten tweede is er de opdracht zelf: het Woord verkondigen. Dat geeft de prediker een enorme verantwoordelijkheid voor wat hij predikt. Er wordt gezegd dat Jezus de levenden en de doden oordeelt, waaruit voor ons blijkt dat de prediker aan de Heer rekenschap zal moeten afleggen van de boodschappen die hij preekt.
Dit is een ernstige waarschuwing om niet te zwichten voor de wensen van rebelse luisteraars die zichzelf willen behagen en niet de waarheid willen horen; het soort mensen dat op zoek is naar predikers die precies prediken wat zij graag willen horen. Wees gewaarschuwd: de Bijbel leert dat niet iedereen de waarheid zal willen ontvangen. Hoe dan ook, ondanks tegenstand of kritiek, de opdracht blijft het Woord van God te prediken.
De Bijbel heeft veel te zeggen over het effect en de uitwerking van Gods Woord. In Jesaja 55:11 zegt God:
Zo zal Mijn woord zijn dat uit Mijn mond uitgaat: het zal niet vruchteloos tot Mij terugkeren, maar het zal doen wat Mij behaagt, en het zal voorspoedig zijn in hetgeen waartoe Ik het zend.
Opnieuw zegt God in Jeremia 23:29:
Is niet Mijn woord zó, als het vuur, spreekt de HEERE, of als een hamer die een rots verplettert?
En dan in Hebreeën 4:12 een tekst die we al eerder citeerden:
Want het Woord van God is levend en krachtig en scherper dan enig tweesnijdend zwaard, en het dringt door tot op de scheiding van ziel en geest, van gewrichten en merg, en het oordeelt de overleggingen en gedachten van het hart.
Er schuilt geweldige kracht in het gepredikte of geproclameerde Woord van God. Het heeft gegarandeerd effect, altijd.