Shop Doneer

Streven naar de gaven

Leestijd: 2 min.
De Pijlers - dag 228

Aan ieder echter wordt de openbaring van de Geest gegeven tot wat nuttig is voor de ander.(1 Korinthiërs 12:7)

Streven naar de gaven

In 1 Korinthiërs 12 legt Paulus nadruk op de bovennatuurlijke bediening die door de Heilige Geest aan ieder lid van een Nieuwtestamentische gemeente wordt geschonken: Aan ieder echter wordt de openbaring van de Geest gegeven tot wat nuttig is voor de ander. (vers 7)
En opnieuw, wat de negen bovennatuurlijke gaven van de Heilige Geest betreft: Al deze dingen echter werkt één en dezelfde Geest, Die aan ieder afzonderlijk uitdeelt zoals Hij wil. (vers 11)
Let goed op wat Paulus hier zegt: ...de openbaring van de Geest (de publieke demonstratie, de manifestatie van de inwonende Geest) wordt aan eenieder gegeven (d.w.z. aan ieder lid van de gemeente). En opnieuw: al deze negen bovennatuurlijke gaven deelt de Heilige Geest toe aan eenieder individueel (dat is: aan ieder lid).
Deze woorden maken duidelijk dat het Gods uitdrukkelijke wil is dat ieder lid van de gemeente geestelijke gaven gebruikt, dat wil zeggen, de openlijke, publieke, bovennatuurlijke manifestatie van de inwonende Geest. Als alle gelovigen deze gaven niet in werking hebben, dan is het niet omdat God ze weghoudt, maar gewoonweg omdat zulke gelovigen door onwetendheid, of onverschilligheid, of ongeloof, nalaten door te dringen tot in de volheid van Gods geopenbaarde wil voor Zijn volk.
Zulke gelovigen hebben nagelaten te gehoorzamen aan de aansporing van Paulus in 1 Korinthiërs 12:31: Streef dus naar de beste genadegaven. En opnieuw zegt hij in 1 Korinthiërs 14:1: Jaag de liefde na en streef naar de geestelijke gaven.
Er zijn drie geestelijke gaven waar Paulus heel apart over spreekt: tongen, vertolking en profetie. In 1 Korinthiërs 14:5 zegt hij: En ik zou wel willen dat u allen in andere talen (in NBG ‘tongen’) spreekt, maar vooral dat u profeteert.
Aangezien Paulus hier schrijft onder de inspiratie van de Heilige Geest, bevatten zijn woorden dus de geopenbaarde wil van God voor heel Zijn gelovig volk, dat ze zowel in tongen zullen spreken als profeteren. Als er gelovigen zijn die zich niet in het gebruik van deze gaven verheugen, dan is dat niet omdat God die heeft achtergehouden, maar gewoon omdat die gelovigen niet zijn binnengetreden in de volheid van hun erfdeel in Christus.
In Jozua 13:1 zei de Heer tot Jozua en tot Zijn volk onder het Oude Verbond: ...er is nog zeer veel land overgebleven om dat in bezit te nemen.
Zo is het vandaag ook met Gods volk onder het Nieuwe Verbond. Er is nog veel overgebleven van wat God ons gegeven heeft om in bezit te nemen.
Heer, dank U wel dat er een grote rijkdom is aan Geestesgaven om te ontdekken; nieuw gebied om in bezit te nemen. Ik wil U vragen of U mij de vrijmoedigheid geeft om in het functioneren in Uw gaven uit te stappen, zodat ik help Uw lichaam op te bouwen. Amen.