Vanwege het Paasweekend zullen bestellingen op 2 april pas verzonden worden.

sluit
Shop Doneer

Van uiting naar houding

Leestijd: 2 min.
Vandaag kijken we naar de overgang van dankzegging en lofprijzing naar aanbidding. In Psalm 95 staat een prachtige passage die deze overgang laat zien. De eerste twee verzen beschrijven jubelende, juichende lofprijzing - heel wat luider dan in veel kerken vandaag gewoon is:
Kom, laten wij jubelen voor de HEER, juichen voor onze rots, onze redding. (NBV)
Juichen betekent niet luid zingen. Het betekent luid roepen!
Laten we Zijn aangezicht tegemoet gaan met lofzangen, (KJV - dankzegging)
Laten wij voor Hem juichen met psalmen.
Hier zie je opnieuw de twee stadia van toegang tot God: dankzegging en lofprijs. Er is geen andere weg tot Gods tegenwoordigheid. De Bijbel is heel logisch en vraagt ons niet alleen maar om God te danken en prijzen. Hij vertelt ons ook waaróm. Herinner je je de drie onveranderlijke redenen die Psalm 100 noemt om Hem te danken? De HEERE is goed, Zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid, Zijn trouw reikt tot in verre geslachten. Nu, in Psalm 95:3-5 worden ons nog meer redenen gegeven om God te prijzen. Allereerst:
Want de HEERE is een groot God, ja, een groot Koning boven alle goden.
Het woord groot wordt tweemaal gebruikt en herinnert ons eraan dat we door lofprijzing Gods grootheid erkennen. Dat doen we met juichende, uitbundige lofprijs. Vervolgens zien we Hem als de machtige Schepper:
In Zijn hand zijn de diepste plaatsen van de aarde en de toppen van de bergen zijn van Hem.
Van Hem is ook de zee, want Hij heeft haar gemaakt, Zijn handen hebben het droge gevormd.
We komen dus tot Hem met dankzegging en lofprijs om de wonderen van Zijn schepping. Maar dat is nog maar de toegang. Lofprijs en dankzegging zijn, zoals we al zagen, de weg tot toenadering. In vers 6 komen we tot aanbidding:
Kom, laten wij aanbidden en neerbukken, Laten wij knielen voor de HEERE, Die ons gemaakt heeft.
Onze uitingen zijn nu overgegaan in een lichaamshouding. We zijn begonnen met dankzegging en lofprijs, maar dat was niet het doel. Als christenen stoppen bij lofprijs en dankzegging, dan hebben ze het doel gemist, namelijk aanbidding - dat is niet een uiting, maar een totale houding. Waarom aanbidden we? Vers 7:
Want Hij is onze God.
Aanbidding behoort alleen God toe. De daad van aanbidding is de hoogste manier om te erkennen dat Hij onze God is.
En wij zijn het volk van Zijn weide en de schapen van Zijn hand.
Gods volk hoort Hem te aanbidden. Aanbidding erkent de relatie tussen ons als Gods volk en God als onze Schepper en Redder.
Heer, ik buig neer en belijd: U bent mijn God. Ik aanbid U alleen met mijn hele hart, mijn hele ziel, heel mijn verstand en al mijn kracht! Amen.