Shop Doneer

Vreugde vinden in het doen van Gods wil

Leestijd: 3 min.
Weekthema:
Praktische stappen naar heiligheid
We kunnen veel leren over heiliging, door de relatie tussen Jezus met de Vader te bestuderen. We kijken naar een aantal Bijbelgedeelten die Jezus' houding naar de Vader beschrijven, en Zijn houding naar de taak die de Vader Hem gegeven had.
We kijken eerst naar Psalm 40: 8-9. Deze zelfde woorden worden door de schrijver van de Hebreeënbrief toegepast op de Heer Jezus Christus (zie Hebreeën 10:7):
Toen zei Ik (de Zoon): Zie, Ik kom, in de boekrol is over Mij geschreven(in Gods eeuwige doel en plan is een rol voor mij beschreven om op me te nemen). Ik vind er vreugde in, Mijn God, om Uw welbehagen te doen; Uw wet draag Ik diep in Mijn binnenste. (Psalm 40: 8-9)
Wat een prachtig antwoord van de Zoon aan de Vader. Terwijl Hij de wil van de Vader ontdekt in het 'Boek', zegt Hij:
In de boekrol is over Mij geschreven. Ik vind er vreugde in, Mijn God, om Uw welbehagen te doen.
Wat deze waarheid zo wonderbaarlijk en geweldig voor ons maakt, is het feit dat in dezelfde boekrol waar Jezus naar verwijst, ook iets geschreven staat voor elk van ons. Net als Jezus, hebben ook jij en ik een rol die beschreven is in het Boek. Onze taak is om uit te zoeken wat voor ons leven geschreven is 'in de boekrol'. Welke rol staat er voor jou en mij beschreven in het Boek?
We zullen nu uit het Johannesevangelie drie gedeelten bekijken, die de relatie tussen Jezus en de Vader bij het vervullen van Zijn taak tot uitdrukking brengen. In Johannes 6 zegt Jezus:
Want Ik ben uit de hemel neergedaald, niet opdat Ik Mijn wil zou doen, maar de wil van Hem Die Mij gezonden heeft. (Johannes 6:38)
Jezus kwam specifiek om de wil van God te doen, die was geopenbaard in Zijn eeuwige doelen. Toen Jezus de wil van God, die in de boekrol beschreven was, ontdekte en onderscheidde, zei Hij in feite: 'Zie, ik ben gekomen om Uw wil te doen'. Tegen de mensen om Hem heen zei Hij: 'Ik ben vanuit de hemel neergedaald, niet om Mijn eigen wil te doen, maar om de wil te doen van Degene die Mij gezonden heeft.'
In ons volgende gedeelte deed Jezus een bekende uitspraak naar Filippus: Ben Ik zo'n lange tijd bij u, en kent u Mij niet, Filippus? Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien; en hoe kunt u dan zeggen: Laat ons de Vader zien? (Johannes 14:9)
Door te komen om de wil van de Vader te doen, en door te doen wat God beoogde, openbaarde Jezus de Vader. Met andere woorden, de manier waarop Hij de onzichtbare Vader bekend maakte aan de wereld, was door de wil van de Vader te doen, de taken te vervullen die de Vader Hem had toegewezen.
Ons derde gedeelte komt uit het gebed dat Jezus uitsprak met betrekking tot de taak die Hem door de Vader gegeven was:
Ik heb U verheerlijkt op de aarde. Ik heb het werk volbracht dat U Mij gegeven hebt om te doen. (Johannes 17:4)
Bij het volbrengen van de opdracht die Hem door de Vader was toebedeeld, verheerlijkte Jezus de Vader. Dit is het model: De Vader koos Jezus, heiligde Hem, en zond Hem uit om een opdracht te vervullen. Jezus ontdekte de wil van God zoals die geschreven stond in de boekrol. Vervolgens zei Hij: 'Zie, Ik kom om Uw wil te doen' (zie Psalm 40:8-9). Hij getuigde: Want Ik ben uit de hemel neergedaald, niet opdat Ik Mijn wil zou doen, maar de wil van Hem Die Mij gezonden heeft (Johannes 6:38).
In het doen van de wil van de Vader, was Hij in staat om in feite te zeggen: 'Als je mij de wil van de Vader hebt zien doen, dan heb je de Vader gezien (zie Johannes 14:9). En, in het vervullen van de taak, zei Jezus: 'Ik heb de Vader verheerlijkt' (zie Johannes 17:4).
Dus Jezus bereikte deze resultaten: 1. Hij openbaarde de Vader; 2. Hij verheerlijkte de Vader. We herkennen hierin direct het ultieme doel van heiliging: om Degene die heiligt te openbaren en te verheerlijken.

Net als Jezus spreek ik uit: Ik vind er vreugde in, Mijn God, om Uw welbehagen te doen; Uw wet draag Ik diep in Mijn binnenste. Vader, ik wil ontdekken welke rol U voor mij geschreven heeft. Dank U wel dat ik, door mijn taak te doen, U mag openbaren aan de mensen om mij heen, en dat ik U daarmee mag verheerlijken! Amen.