Doe jij al mee met onze cursus: 'Leven in Gods aanwezigheid? Schrijf je nu in!
Zeven verwijzingen in het Nieuwe Testament
Leestijd: 2 min.
|
Ik heb u wel gedoopt met water, maar Hij zal u dopen met de Heilige Geest.
(Markus 1:8)
Zeven verwijzingen in het Nieuwe Testament
Nu we de afgelopen tijd de doop door onderdompeling in water hebben bestudeerd, kijken we de komende tijd naar de doop in de Heilige Geest. Sinds het begin van de twintigste eeuw staat dit onderwerp in het middelpunt van de belangstelling en heeft het tot discussies geleid in steeds groter wordende kringen binnen de christelijke Kerk. Vandaag de dag is het nog steeds een onderwerp van studie in bijna alle groeperingen binnen het christendom. Daarom zullen we dit onderwerp de komende dagen op een zorgvuldige, gedegen en bijbelse manier benaderen.
Eerst zullen we de passages in het Nieuwe Testament noemen waarin het woord ‘dopen’ wordt gebruikt in verband met de Heilige Geest. Omdat zeven het getal is van de Heilige Geest, is het heel toepasselijk dat er zeven van deze passages zijn. Vandaag kijken we naar vijf daarvan.
In Mattheüs 3:11 geeft Johannes de Doper aan wat het verschil is tussen zijn bediening en de bediening van Christus die aanstaande was. Hij gebruikt deze woorden: Ik doop u wel met water tot bekering, maar Hij die na mij komt, is sterker dan ik; ik ben het niet waard Hem Zijn sandalen na te dragen. Hij zal u dopen met de Heilige Geest en met vuur.
Hier moeten we opmerken, dat de meeste vertalingen het voorzetsel ‘met’ gebruiken in samenhang met het werkwoord ‘dopen’, maar in feite wordt hier in het Grieks het voorzetsel ‘in’ gebruikt. Dit gebruik is zowel van toepassing op dopen in water als op het dopen in de Heilige Geest. In beide gevallen wordt in het Grieks het voorzetsel ‘in’ gebruikt. Het enige voorzetsel dat in het Nieuwe Testament gebruikt wordt in samenhang met het werkwoord ‘dopen’ is dus ‘in’.
In Markus 1:8 zegt Johannes de Doper het volgende over Christus: Ik heb u wel gedoopt met water, maar Hij zal u dopen met de Heilige Geest. Beide keren staat er in het Grieks het voorzetsel ‘in’.
In Lukas 3:16 worden de woorden van Johannes de Doper ons als volgt overgeleverd: Ik doop u wel met water, maar Hij komt Die sterker is dan ik, bij Wie ik niet waard ben de riem van Zijn sandalen los te maken. Hij zal u dopen met de Heilige Geest en met vuur. De letterlijke vertaling is hier opnieuw ‘in’ de Heilige Geest.
In Johannes 1:33 wordt het getuigenis van Johannes de Doper over Christus als volgt weergegeven: En ik kende Hem niet; maar Hij Die mij gezonden heeft om te dopen met water, Die had tegen mij gezegd: Op Wie u de Geest zult zien neerdalen en op Hem blijven, Die is het Die met de Heilige Geest doopt. Ook hier wordt weer steeds het Griekse voorzetsel ‘in’ gebruikt.
In Handelingen 1:5, kort voor Zijn hemelvaart, zegt Jezus tegen Zijn discipelen: Want Johannes doopte wel met water, maar u zult met de Heilige Geest gedoopt worden, niet lang na deze dagen. Letterlijk zei Jezus ook hier: ‘U zult ín de Heilige Geest gedoopt worden.’
Lieve Heer Jezus, als zelfs Johannes de Doper zich al niet waardig achtte om Uw sandalen los te maken, dan besef ik dat ik eens te meer U hemelhoog mag en moet eren als de goddelijke Mensenzoon! Dank U dat U het bent die mensen doopt in de Heilige Geest. Laat dit de realiteit zijn in mijn leven – iedere dag! Amen.