Shop Doneer

Heimwee

Leestijd: 1 min.
Woord uit het Woord - dag 61

Heimwee
Mijn ziel verlangt, ja, bezwijkt zelfs van verlangen naar de voorhoven van de HEERE; mijn hart en mijn lichaam roepen het uit tot de levende God. Zelfs vindt de mus een huis en de zwaluw haar nest, waarin zij haar jongen legt: bij Uw altaren, HEERE van de legermachten, mijn Koning en mijn God. Welzalig zijn zij die in Uw huis wonen, zij loven U voortdurend. (Psalm 84:3-5)
Iedere menselijke ziel verlangt naar een thuis. Een mens zonder thuis is een ongelukkig mens. Hij of zij wordt gekweld door een gevoel van eenzaamheid en herkent zich in de psalmist die hier uitroept: ‘Zelfs de mus heeft een huis en de zwaluw een nest; ik verlang ook naar een thuis’.
Eigenlijk zegt hij: Zij hebben een plek gevonden bij Uw altaren. Voor ons is dat (ook) de plaats waar onze ziel thuishoort. Misschien hebben we in deze wereld geen echt thuis, maar er bestaat een thuis voor onze ziel, een plek waar onze ziel mag wonen, een plek waar ze rust, vrijheid en vrede vindt.
Daar, bij Gods altaren, is de ziel echt thuis. Het altaar is de plaats van gewilligheid, toewijding, overgave. Als onze ziel daar aankomt, komt ze thuis.
Zo´n mooie thuiskomst is mogelijk voor ieder mens die zich afwendt van zonde en rebellie, en zich naar God toekeert. Hij/zij mag aankomen, nee, thuiskomen op die plaats, bij Zijn altaar.

Hemelse Vader, dank U dat ik bij U thuis mag komen, helemaal op mijn gemak in Uw rust mag binnengaan. Als ik het soms – midden in het tumult en de druk van deze wereld – soms moeilijk vind om die rust te vinden, wilt U mij dan trekken naar de plaats waar U bent – waar U zich laat vinden en waar ik thuishoor… Amen.