Vanwege het Paasweekend zullen bestellingen op 2 april pas verzonden worden.

sluit
Shop Doneer

Het bloed van het Lam

Leestijd: 2 min.
Het bloed van het Paaslam redde (verloste) de Israëlieten van de vernietiging (zie Exodus 12:21-23), zodat zij uit Egypte konden worden geleid naar het Beloofde Land. Maar het bloed van Jezus, het Lam van God, voorziet in eeuwige redding voor ieder die gelooft in zijn verzoenende dood. Wie Hem aanvaardt als redder en Heer, wordt uit de slavernij van de zonde geleid en naar het Beloofde Land gebracht. Het Nieuwe Testament verwoordt dit vele malen. In de Hebreeënbrief staat bijvoorbeeld:
Maar toen is Christus verschenen, de Hogepriester van de toekomstige heilsgoederen. Hij is door de meerdere en meer volkomen tabernakel gegaan, die niet met handen is gemaakt, dat is: die niet van deze schepping is. Hij is niet door bloed van bokken en kalveren, maar door zijn eigen bloed voor eens en altijd binnengegaan in het heiligdom en heeft daardoor een eeuwige verlossing teweeggebracht. (Hebreeën 9:11-12)
Het bloed van Jezus bewerkte eeuwige verlossing voor iedere gelovige.
U weet toch dat u niet met vergankelijke dingen, zilver of goud, verlost bent van uw zinloze levenswandel die u door de vaderen overgeleverd is, maar met het kostbaar bloed van Christus als van een smetteloos en onbevlekt Lam. (1 Petrus 1:18-19)
Het bloed van Jezus, het Lam van God, Gods zondeloze, eeuwige Zoon, was nodig om te voorzien in eeuwige verlossing. Het bloed van het Paaslam was een voorafschaduwing, een beeld. Het voorzag in een tijdelijke verzoening, die echter ieder jaar vernieuwd moest worden. Maar toen Jezus zijn bloed vergoot en het heiligste binnenging, was dat voor eens en voor altijd. Zijn offer hoefde nooit meer herhaald te worden. Hij had eeuwige verlossing bewerkt. In Hebreeën 10 lezen we daarover:
Want de wet, die slechts een schaduw heeft van de toekomstige heilsgoederen en niet het wezen van de dingen zelf, kan nooit met dezelfde offers, die zij jaar in jaar uit ononderbroken brengen, hen die naderen tot volmaaktheid brengen. Zou er anders niet een einde gekomen zijn aan het offeren? En iedere priester stond wel dagelijks te dienen en bracht vaak dezelfde slachtoffers, die de zonden toch nooit zouden kunnen wegnemen, maar deze Priester is, nadat Hij één slachtoffer voor de zonden geofferd had, tot in eeuwigheid gezeten aan de rechterhand van God. Want met één offer heeft Hij hen die geheiligd worden, tot in eeuwigheid volmaakt. (Hebreeën 10:1,2,11,12,14)


Dank U Jezus, dat ik door U uit de slavernij van de zonde gebracht ben naar het beloofde land van vrijheid. Wat de wet niet kan, heeft U wel gedaan, mij voor eens en altijd vrijgemaakt van de wet van zonde en dood. Dank U voor de kracht van Uw bloed!