Shop Doneer

De wil van God vinden

Leestijd: 2 min.
Weekthema:
Een levend offer

We gaan verder in op het tweede deel van Romeinen 12:2. Dit helpt ons om een belangrijk aspect van Gods wil te begrijpen:
En wordt niet gelijkvormig aan deze wereld, maar wordt hervormd door de vernieuwing van uw denken, opdat gij moogt erkennen wat de wil van God is, het goede, welgevallige en volkomene. (NBG)
Laten we realistisch zijn. Ons oude, onvernieuwde denken kan de wil van God niet vinden. Waarom niet? Paulus zei in Romeinen 8:7: Immers, het denken van het vlees is vijandschap tegen God. God zal Zijn wil simpelweg nooit openbaren aan het vleselijke denken. Maar als je denken vernieuwd is, dan begint het in de praktijk te ontdekken en ervaren wat Gods wil is voor je leven.
Gods wil voor jou ontdek je in drie opeenvolgende fasen: 1. Het goede; 2. Het welgevallige (aangename); 3. Het volkomene (volmaakte). Als je leven in lijn komt met Gods wil, dan ontdek je dat God in alles heeft voorzien, tot in het kleinste detail. Maar er is de vernieuwing van je denken voor nodig om die wil van God te ontdekken en daarmee in lijn te komen. En terwijl je daarin begint te bewegen, ontdek je eerst dat Gods wil goed is. Vervolgens ontdek je dat Zijn wil zelfs aangenaam is. En uiteindelijk kom je tot de conclusie dat Gods wil voor jou volkomen is - volmaakt!
De diepste openbaring die we - door te volharden - zullen ontvangen, is dat Gods wil niet alleen maar 'goed' en 'welgevallig' is, maar ook volmaakt, compleet, allesomvattend. De eerste fase is als een 'besluit': Gods wil is altijd goed! De tweede fase is de ontdekking: Gods wil is aangenaam, naarmate je Hem beter leert begrijpen. De derde fase is een diepe openbaring, met de conclusie: Gods wil is volmaakt!
Met ons denken dat op deze manier vernieuwd is, "denken we niet hoger dan we moeten denken" (Romeinen 12:3). We zijn niet langer trots, zelfzuchtig, arrogant. We staan niet langer open voor bevliegingen en zelfmisleiding. We worden nuchter en realistisch en ontwikkelen bedachtzaamheid. We beginnen de gezindheid (het denken) van Jezus over te nemen, die tegen de Vader zei: "Laat niet Mijn wil, maar de Uwe geschieden" (Lucas 22:42). Gods plannen en bedoelingen zijn nu belangrijker voor ons geworden dan die van onszelf.

Vader, ik wil op weg gaan om Uw wil te ontdekken. Ik besluit dat Uw wil goed is, en wil daarin volharden zodat ik mag gaan ontdekken dat Uw wil ook aangenaam is en zelfs volmaakt. Dank U wel dat ik niet bang hoef te zijn om mijn eigen plannen los te laten en Uw plannen te volgen, omdat Uw wil en plannen voor mij volmaakt zijn! Ik wil het denken van Jezus overnemen en met Hem zeggen: "Laat niet mijn wil, maar Uw wil geschieden". Amen.