Gisteren zagen we uit Psalm 2 dat de heidenvolken 'woeden' en opstaan tegen de koning en Zijn Gezalfde... Kijk eens naar de reactie van de Almachtige God, terwijl we verder gaan met Psalm 2: Die in de hemel woont, zal lachen, de Heere zal hen bespotten. Dan zal Hij tot hen spreken in Zijn toorn, in Zijn brandende toorn hun schrik aanjagen. [Dit is wat God zegt:] Ik heb Mijn Koning toch gezalfd over Sion, Mijn heilige berg. [Met andere woorden: ,,Ik heb Mijn Zoon doen opstaan." Dan antwoordt de Zoon op de Vader:] Ik zal het besluit bekendmaken: De HEERE heeft tegen Mij gezegd: U bent Mijn Zoon, Ík heb U heden verwekt. (Psalm 2:4-7) Dit Bijbelgedeelte verwijst niet naar de schepping. Het wijst naar de opstanding. Op die dag 'verwekte' God Jezus opnieuw uit de doden om de Eerstgeborene te zijn, het Hoofd van een nieuw ras. We kunnen ons klaarmaken om de Heer te prijzen, want het wordt almaar beter. Als we lezen in 1 Petrus, dan realiseren we ons dat we niet buitengesloten worden van dit nieuwe ras: Geprezen zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die ons, overeenkomstig Zijn grote barmhartigheid, opnieuw geboren deed worden tot een levende hoop, door de opstanding van Jezus Christus uit de doden... (1 Petrus 1:3) Dit vers betekent dat God niet alleen Jezus opnieuw 'verwekte', maar dat Hij, in Jezus, ook óns opnieuw verwekte 'tot een levende hoop, door de opstanding van Jezus Christus uit de doden'. Dit is de grote transactie: Jezus, de Redder, vereenzelvigde Zich op alle vlakken met de zondaar, zodat de geredde gelovige op zijn beurt op alle vlakken vereenzelvigd kon worden met de rechtvaardigheid van de wet. Dringt dit tot je door? Jezus vereenzelvigde Zich met ons in onze zonde, zodat wij vereenzelvigd konden worden met Hem in Zijn rechtvaardigheid, overwinning en zege - dat is de andere helft van de omwisseling. De ene helft is compleet. Jezus heeft het volbracht. De andere helft - vereenzelvigd worden met Jezus in Zijn rechtvaardigheid, overwinning en zege - mogen jij en ik volbrengen. |